Columns
Column Petra en Marike
Arbeidsomstandig- heden en CAO
De dagen na Nieuwsuur…
Het zal afgelopen maandagmorgen tot in de verre omgeving te horen zijn geweest: het ploppende geluid van het ontkurken van de champagneflessen op het NS-hoofdkantoor in Utrecht. Terecht, want zo’n fantastische reclamespot in Nieuwsuur, dus betaalt uit publieke middelen en prime time op NPO2 is wel een feestje waard. Een gratis promo van zeven minuten bij één van de belangrijkste nieuwsprogramma’s van Nederland zonder dat ze een strobreed in de weg werd gelegd.
De redactie van Nieuwsuur had werkelijk alle middelen uit de kast gehaald om president-directeur van de NS, Marjan Rintel, een warm welkom te geven. Een vriendelijk lachende Mariëlle Tweebeke die geen enkele kritische vraag stelde, maar het vooral te doen had met de nieuwbakken directeur die ‘in zo’n moeilijke tijd een nieuwe baan kreeg’.
We keken naar een lege trein en FNV-woordvoerder Henri Janssen mocht kort zeggen dat er 2300 banen zouden gaan verdwijnen. 2300 banen, dat is 13 procent van al het personeel van de NS. Marjan Rintel knikte en snapte dat Henri, ze noemde hem vriendelijk bij zijn voornaam alsof ze goede vrienden waren, zich zorgen maakte. De zorgen van Henri, maar hoe zat het met zorgen van haar duizenden werknemers? Er werd verder niet meer over gesproken in de studio.
Marjan was enorm trots op Lucienne, de hoofdconducteur in de reportage voor wie de toekomst zo onzeker is. Trots op haar en haar collega’s die hadden doorgewerkt in de spannende coronatijd en als eerste te maken hadden gekregen met het handhaven van moeilijke maatregelen als de mondkapjesplicht. Hun loyaliteit, hun harde werken werd beloond met een eersteklas treinkaartje voor hun familie die niet mag reizen, een doos ‘Merci-chocolade’ en dreigend ontslag.
Voor ons als vakbond voelde het interview met Marjan Rintel als zout in de open wond. Op geen enkele manier werd recht gedaan aan de crisis die op dit moment speelt binnen de NS. Geen enkele vraag over de stroef lopende onderhandelingen, geen woord over de massaal teruggestuurde kerstgeschenken, maar het allerergste was toch wel het niet vragen naar de vele, vele arbeidsplaatsen die op de tocht staan.
Mariëlle Tweebeke kreeg een schot voor open doel. Marjan Rintel gaf aan de komende jaren meer te willen gaan inzetten op service voor de reizigers? Hoe dan, vroegen we ons af, als de meeste ontslagen juist daar zouden gaan vallen? We veerden op uit onze stoel. Kom op, Mariëlle, stel die vraag! Hoe gaat ze dat doen!? Maar de vraag kwam niet. De door de wol geverfde, prijswinnende journaliste keek meelevend naar Marjan. Het metaforische warme klopje op de hand voor deze goed betaalde bestuurder met de zware baan ontbrak nog net.
Als VVMC waren we gevraagd mee te werken aan deze uitzending. Lucienne, actief lid, wilde de ploeg van Nieuwsuur wel mee op haar trein. Haar boodschap was een duidelijke; de kloof tussen management en werkvloer wordt steeds groter. Hoe zou Marjan dat op gaan lossen? Deze vraag mocht ze in de reportage aan haar baas stellen. Vanuit de VVMC de reden om onze medewerking aan dit interview te verlenen. Een enorm spannend moment, want Lucienne moest daarin het wankele evenwicht bewaren tussen de onrust bij haar collega’s en dat wat ze wel of niet zou mogen zeggen. Te positief en ze zou haar collega’s en zichzelf niet serieus nemen, te negatief… Ach, dat laat zich raden.
De avond voor het interview werd Lucienne gebeld door het hoofd communicatie van de NS met de vraag wat ze van plan was om te gaan zeggen? Lucienne hield haar rug recht en antwoordde: ‘Mijn eigen verhaal.’ Die ochtend kreeg ze voor het eerst sinds tijden weer mensen op de trein mee van Service & Veiligheid. Maandenlang stond ze alleen op de trein, kreeg ze alleen te maken met agressieve reizigers en nu opeens, aan het begin van haar dienst, vlak voor het interview, kreeg ze ondersteuning. De persvoorlichter van de NS die mee was voor dit belangrijke interview hield toezicht.
We kunnen nu zeggen dat het ons als VVMC verwonderde, maar eigenlijk deed het dat niet. We kennen de NS inmiddels. Ook voor hen was het interview bij Nieuwsuur belangrijk en er werd alles op alles gezet om een positief beeld te brengen van het bedrijf bij de rest van Nederland. En wij, als VVMC, hadden vertrouwen in de journalistiek. Deze belangrijke nieuws- en achtergrondenrubriek zou zich niet in de maling laten nemen door de trucjes van de spindoctors van de NS. De redacteuren waren goed op de hoogte van nieuws, zeker in de week voorafgaand, waarin één van de belangrijkste onderwerpen het verdwijnen van de hoofdconducteur op het traject Amsterdam CS – Hoofddorp was. Wij zaten klaar voor een pittig interview met de president-directeur van de NS; eerlijk, oprecht, maar vooral objectief, want zo hoort de journalistiek in Nederland te zijn!
Zoals onze voorzitter Rob de Groot zei na afloop van de uitzending: ‘Ik keek naar een ouderwets theekransje, alleen de thee en de koekjes ontbraken.’
Teleurgesteld in Nieuwsuur, in hun journalistieke vakmanschap, in het ontbreken van kritische vragen. Journalisten moeten bestuurders bevragen. Het is onderdeel van onze toch al geschonden rechtsstaat na de toeslagenaffaire.
Aanstaande dinsdag geven we de massaal teruggestuurde NS-kerstgeschenken aan Marjan Rintel. Misschien wil ze de doosjes Merci delen met de redactie van Nieuwsuur? Dan is er de volgende keer wel wat lekkers bij de thee.
Namens Petra en Marike – persvoorlichting VVMC